Het MKB staat onder zware druk van concurreren en presteren en is van mening dat ziektekostenvergoeding en zorgverlof te veel zijn doorgeslagen en de werknemers te veel beschermt. Productiviteit en concurrentiekracht hebben hieronder te leiden en – zo wordt verondersteld – door werknemers ook risico te laten dragen voor ziekteverzuim en minder betaald verlof te geven, zal het bedrijfsleven weer gezond worden. Een paar essentiële vragen stelt MKB Nederland zich niet: hoe komt het dat onze arbeidsproductiviteit zo hoog is?, waardoor wordt ons hoge ziekteverzuim veroorzaakt?, welke verantwoordelijkheid neemt het bedrijfsleven om een gezonde balans na te streven van werk en zorg? Kortom: het op deze wijze verder uitknijpen van de citroen is niet alleen moreel dubieus, maar kan ook tot grote negatieve (maatschappelijke) effecten leiden in termen van gezondheid, kwaliteit en bedrijfsresultaat.
De winkelketen V&D staat op de rand van een faillissement. De Amerikaanse investeerder Sun Capital wil het bedrijf in afgeslankte vorm alleen nog in de lucht houden als verhuurders genoegen willen nemen met lagere huuropbrengsten en als werknemers een fors loonoffer brengen. Solidariteit klinkt mooi, maar er schuilen een paar venijnige addertjes onder het gras. Ten eerste heeft de investeerder indertijd bij overname er zelf voor gezorgd dat de dure en goed gelokaliseerde panden van V&D werden verkocht en dat de opbrengst verdween in de zakken van de aandeelhouders zelf. Ten tweede heeft de directie van V&D onder druk van de investeerder nooit eerder een signaal afgegeven aan de werknemers dat een loonoffer nodig is om te overleven. In tegendeel, de winstverwachtingen werden steeds gunstig voorgesteld. Werknemers zijn in de onderhandelingsfase over de toekomst nauwelijks betrokken, behalve op het laatst om van hen een bijdrage te vragen aan het mismanagement van het bedrijf. Kortom: ook hier het beeld van een uitgeknepen citroen die dreigt te worden weggegooid. Dit maal door toedoen van op winst beluste buitenlandse investeerders.
Ook het familiebedrijf Blokker, icoon van de Nederlandse winkelstraat, verkeert in zwaar weer. De dikke winst is teruggebracht tot een bescheiden winst en dit is aanleiding geweest voor een stille reorganisatie. Geopteerd wordt voor een lean sturingsmodel van een ervaren bedrijfsleider met daarom heen een flexibele schil van jong en goedkoop personeel. Werknemers die zich al lang verbonden hadden aan het bedrijf zijn te duur geworden en worden afgekocht. Het vermoeden bestaat dat degenen die hier niet op in gaan via negatieve dossieropbouw worden ontslagen zonder vergoeding. Het beeld dat bij mij ook hier blijft hangen is dat van de afgedankte, uitgeknepen citroen van trouwe medewerkers waar minder prettig of zelfs op onbehoorlijke wijze afscheid van wordt genomen.
Interessant aan deze drie casussen, die op hetzelfde moment in de pers verschenen, is het beeld dat ik steeds kreeg van de mens als een uitgeknepen citroen. Het lijkt er sterk op dat de, overigens, noodzakelijke transformaties en innovaties in het bedrijfsleven over de hoofden van de mensen heen gaan en dat deze noch gekend, noch betrokken worden bij strategische toekomstvraagstukken. Sterker nog: beslissers en besluitvormers hebben het niet eens over wat een gezonde, menselijke en resultaatgerichte bedrijfsvoering zou moeten of kunnen inhouden. Met spreadsheets in de hand wordt gespeeld met de wet van de grote getallen. Het heeft weinig met toekomstgericht, duurzaam en waarden gestuurd leiderschap te maken. Oplossingen worden hiërarchisch gedropt en gezocht in het oplossen van het loonkosten verhaal door met minder mensen een beter financieel resultaat te boeken.
Wat mij betreft nodigen de drie casussen uit tot doordenking van de langdurige crisis, die uitstijgt boven de beschreven individuele gevallen. We moeten gaan nadenken over het anders inrichten en aansturen van werkprocessen, maar ook over een andere verdeling van werk. Medewerkers zouden een grotere rol moeten krijgen in het oplossen van organisatie- en bedrijfsvoerings-vraagstukken. Leidinggevenden zouden direct in contact moeten staan met hun medewerkers en niet ‘communiceren’ via afstandelijke spreadsheets. Maar misschien moeten we vanuit macroscopisch perspectief ons economisch bestel heroverwegen en zoeken naar balans tussen werk, zorg en privé in plaats van te blijven hangen in een tragisch dualisme van een vastdraaiende arbeidsmarkt. Deze ontwikkelt zich tot dreigende tweedeling in de samenleving. Enerzijds een afnemende groep mensen die de economie draaiende moeten houden en gedwongen wordt structureel over-uren te maken. Anderzijds een groeiende groep mensen die uitgestoten wordt of uitvalt en niet meer mee kan of wil in de rat race naar financieel geluk. Misschien dat een hernieuwde discussie over het basisinkomen, dit maal gekoppeld aan (sociale) innovaties van onderop wel een goede basis kan vormen voor een eerlijkere, effectievere en efficiëntere verdeling van werk en privé.